Het blijft een eeuwig dilemma: Dota of League. Wij zetten de belangrijkste verschillen voor je uiteen.
MOBA’s zijn sinds de begindagen van de Warcraft-mod Dota uitgegroeid tot een wereldwijd fenomeen. Ze worden niet alleen door miljoenen mensen gespeeld, ook YouTube staat barstensvol met video’s erover en op Twitch behoren sommige livestreams tot de meest bekeken streams ter wereld. Er zijn honderden verschillende moba’s op de markt en het merendeel hiervan is gratis te proberen. Er zijn echter twee grote namen die altijd terug blijven komen: League of Legends en Dota 2. Beiden kennen een vergelijkbare gamestructuur, een gigantische playerbase en toernooien die veel bekeken worden. Maar welke van de twee is nu het geschiktst voor jou? Wij zetten de grootste verschillen voor je uiteen.
De maps
Mapkennis is essentieel voor bijna elke competitieve game en bij MOBA’s is dit extra belangrijk. Elke hero of champion kent namelijk letterlijk en figuurlijk een eigen plek in het spel. Daarom kennen zowel League als Dota geen grote diversiteit aan maps (over map DLC’s hoef je je dus geen zorgen te maken). Dota kiest ervoor om spelers te laten spelen op een enkele map, waar League op dit moment beschikt over drie maps: Summoner’s Rift, Twisted Treeline en Howling Abyss. Summoner’s Rift lijkt met de typische verdeling van drie lanes en een river in het midden erg veel op de map in Dota en wordt net als in die game gespeeld in een 5v5 format, waar Twisted Treeline wordt gebruikt voor een 3v3. Howling Abyss is een buitenbeentje, hierop strijden namelijk vijf champions per team op een enkele lane.
De map van Dota (links) en Summoner’s Rift (rechts) naast elkaar
De termen
Wil je een goede indruk maken op iemand, dan zal je ook op de kleine dingen moeten letten. De spelers van Dota en League zijn erg gesteld op hun terminologie en je doet er dus goed aan om te weten waar je het over hebt. Als nieuwkomer zal je dit spelenderwijs vanzelf leren, maar voor gamers die een overstap maken is het oppassen geblazen. Het is niet ongebruikelijk dat je als Dota-speler de huid vol wordt gescholden tijdens een potje League als je vraagt of iemand Sentry wards wil kopen (ik spreek uit ervaring). Die dingen heten in League dus Control Wards. Dit verschil zou op geen enkele manier de keuze tussen League of Dota moeten beïnvloeden, maar het is toch handig om in je achterhoofd te houden. Dat bespaart je teammaten namelijk een hoop onnodige vloekpartijen.
De heroes/champions
Beide games kennen elk een uitgebreid rooster van meer dan honderd verschillende characters met elk hun eigen abilities. Omdat League of Legends is gebaseerd op de originele Dota, zijn er een aantal champions (of heroes, denk aan punt 2!) die erg veel lijken op personages in Dota. In beide games heb je als speler zo’n grote diversiteit aan personages tot je beschikking, dat de kans groot is dat er iets tussen zit wat jouw manier van spelen goed ligt. Het grootste verschil zit hem echter in de manier waarop de speelbare personages vrijkomen. In Dota heb je vanaf het moment dat je de game opstart alle heroes tot je beschikking. In League zal je het echter moeten stellen met een selectie van zo’n tien champions die elke week beschikbaar worden gemaakt. De rest kan je kopen met in-game currency die je verdient door het spel te spelen of door je zuurverdiende centen eraan uit te geven.
Masteries en runes
Aan het begin van elke match Dota beginnen alle spelers op hetzelfde niveau. Alle stats die je hebt, worden enkel bepaald door de hero die je speelt en de items die je aan het begin hebt gekocht. League doet dit iets anders. Voorafgaand aan elke game kan je namelijk al enkele passieve bonussen unlocken door middel van Runes en Masteries. Masteries zijn passieve skill trees waar je in totaal dertig punten aan kan spenderen voor kleine stat boosts. Deze Mastery points verdien je door je profiel te levelen. Rune slots geven ook stat boosts en unlocken ook per level, maar de runes die je nodig hebt om ze te vullen moet je kopen met in-game currency of geld.
Items en shops
In beide games is het zo dat je door kills en last hits gold binnenkrijgt, dat je vervolgens kan spenderen aan items voor je personage. De manier waarop je deze items vergaart, verschilt echter in beide games. In League kun je enkel items kopen in je spawn area. Alle items in de game zijn hier te koop en elke champion beschikt over een Recall, waarmee je vanaf elk punt op de map terug kan teleporteren naar je spawn. In Dota moet je hiervoor een consumable kopen die ongeveer hetzelfde fungeert als de teleport spell in League (waarover later meer). Dota heeft echter als voordeel dat er ook vier shops op het speelveld zelf aanwezig zijn: twee side shops en twee secret shops. Vooral die laatste is erg belangrijk, omdat je alleen daar de onderdelen kan kopen die nodig zijn om de beste items in de game te bouwen. Ook beschikken beide teams over de mogelijkheid om een courier te kopen. Dit is een kleine pakezel die spullen voor je op kan halen en af kan leveren, waardoor jij langer op lane kunt blijven. Let wel op, je deelt de courier met de rest van je team, dus soms is het vechten om wie hem het hardst nodig heeft.
Abilities en Summoner spells
In beide games beschikken de meeste personages over vier skills die je kunt verbeteren als je levelt: drie gewone en een ‘ultimate’. In League hebben de meeste champions daar ook nog een passieve skill naast waar je geen punten aan hoeft te spenderen, terwijl passieve skills bij Dota onder de vier standaard skills vallen. Bovenop die vier skills geeft League je ook nog de mogelijkheid om twee Summoner spells te kiezen. Dit zijn een tiental verschillende spells die elke champion kan gebruiken en ze worden voornamelijk gebruikt om je snel uit een benarde situatie te halen (denk aan een heal of een teleport). Dota kenmerkt zich daarentegen door Talents. Elke vijf levels (vanaf level 10) kan je kiezen uit een passieve stat boost die uniek is voor elke hero die je speelt. Dit kan betrekking hebben op je movement speed of je armour, maar ook op de cooldown op een van je abilities.
De river
Op de map van Dota en Summoner’s rift in League wordt de map in tweeën gedeeld door een river die door het midden loopt. Dit is een punt van veel conflict en vaak worden games hier beslist, omdat er in beide games iets te halen valt wat nergens anders op de map te vinden is. In Dota zijn er twee dingen in de river die belangrijk zijn: Runes en Roshan. Runes zijn pickups die eens in de zoveel tijd spawnen en een tijdelijke boost geven aan de hero die ze oppakt. Ik hoef natuurlijk niet uit te leggen dat een rune die de damage van een hero verdubbelt de doorslag kan geven in een intense teamfight. Ook is het hol van Roshan in de river te vinden. Dit reusachtige monster is bijzonder taai en wordt steeds sterker naarmate de game vordert, maar het team dat hem weet te killen, krijgt een Aegis: een consumable waardoor je drie seconden na je dood respawnt op de plek waar je het loodje gelegd hebt. In League zijn er ook twee belangrijke dingen in de river te vinden: Dragons en Baron Nashor. Dragons spawnen alleen, op een enkele locatie en komen in vier varianten. Elke variant geeft een andere passieve bonus aan het team dat de dragon weet te killen. Baron Nashor is een nog taaier monster, maar als je hem weet te killen krijgt het hele team een buff waardoor zijzelf en nabije minions sterker worden.
Naast deze verschillen zijn er nog een hoop andere kleine dingen waarin beide games verschillen, zoals de manier waarop cosmetics werken en de mogelijkheden voor het creëren van custom gamemodi. Hopelijk biedt dit artikel een beetje ondersteuning voor de gamers onder ons die nog geen besluit hebben kunnen maken. Beide games zijn fantastische MOBA’s en zeer de moeite waard als het genre je trekt, maar het is aan te raden om je eerst comfortabel te voelen met één van deze games voor je verder gaat met de ander.